Ga naar de inhoud

Drie jaar later

Vandaag start mijn vierde levensjaar als kankerpatiënt. Exact drie jaar geleden – op vrijdag de dertiende – kreeg ik te horen dat zich in mijn hoofd een hersentumor bevond. Vanaf dat moment stond mijn leven en dat van mijn dierbaren letterlijk op z’n kop. Een dag later informeerde ik mijn toenmalige voetbalmaatjes. Het weekend voor ons team zou daarna nog zwarter dan zwart worden, want op zondag vernamen we dat een andere teamgenoot, onze onvergetelijke Bob, was overleden aan de gevolgen van een hartstilstand. Het kan dus altijd erger! Al drie jaar lang is zijn bulderende lach nergens meer te horen. Een ongelooflijk verlies….
Veel gebeurd en veranderd
In die voorbije drie jaar is er veel gebeurd en veranderd in mijn leven. Ik werd geopereerd, kreeg dertig bestralingen, gevolgd door een drie maanden durend revalidatietraject, ik werd afgekeurd voor werk en tussen dit alles door moest ik ermee leren omgaan dat mijn leven waarschijnlijk een stuk korter zal duren dan ik altijd heb gedacht, dat ik verder moet leven met de nodige beperkingen en dat ik veel minder energie tot mijn beschikking heb. Kortom, dat mijn leven zoals het was voorbij is…
De kleine dingen die het doen
Naast al het hiervoor genoemde ben ik in de afgelopen drie jaar ook getrouwd met de liefste vrouw ter wereld, zag ik mijn dochter voor de eerste keer onder de vier uur finishen bij de Rotterdam Marathon, glom ik van trots bij de oplevering van een van de meest bijzondere restauratieprojecten van mijn zoon, schreef ik een boek en vierde ik op grootschalige wijze mijn 60e verjaardag. En dan ‘vergeet’ ik nog te melden dat ik voor het eerst in mijn leven een cruise maakte, dat ik een lang weekend naar de boer ging met mijn kinderen, met de complete familie een paar dagen op stap ging naar Brabant, met mijn dochter drie dagen in Duitsland vertoefde en met mijn lief op vakantie ging naar Spanje en later naar Griekenland. Zoals ik ook ‘alle kleine dingen die het doen’ niet heb genoemd: de weekendjes weg met mijn lief naar onze vaste adresjes in België, de muziekoptredens die we hebben bijgewoond, onze vele bioscoopbezoekjes en alle andere afspraken met dierbaren, vrienden en bekenden.
Scherper oog voor wat er toe doet
Alles zo teruglezend slaat de balans eigenlijk door naar het positieve en dat verwacht je niet direct wanneer je moet leven met een ongeneeslijke hersentumor. “Geluk bestaat voor wie het ziet”, zingt Stef Bos in een van zijn liedjes van zijn laatste cd met de veelzeggende naam ‘Bitterlief’. En zo is het maar net! Juist door de beperkingen die mijn leven van nu kenmerken – minder tijd, minder mogelijkheden, minder energie – krijg je een scherper oog voor wat er toe doet en waarop je je aandacht nog wil richten.

Winst en verlies
Ik heb de afgelopen jaren veel verloren. Mijn mobiliteit, mijn zelfstandigheid, mijn zicht op de toekomst, mensen waarvan ik dacht dat ze dicht bij me stonden. Tegelijkertijd heb ik ook veel gewonnen. Ik heb bijvoorbeeld geleerd – en oefen nog dagelijks – om (beter) om te gaan met mijn beperkingen, ik versta meer dan ooit de kunst om te accepteren wat je niet kan beïnvloeden en ik heb veel (onbekende) mensen (beter) leren kennen die me inmiddels stuk voor stuk dierbaar zijn. Door dit alles is nog steeds elke dag het meer dan waard om geplukt te worden.

De klok terugdraaien
Als ik de klok drie, vier jaar terug zou kunnen draaien, had ik uiteraard nooit deze ziekte willen krijgen, maar alle wijsheid die ik erdoor heb opgedaan en mijn andere kijk op het leven, met beide had ik tussentijds graag mijn in dat geval nog gezonde leventje verrijkt. Ik had zonder meer meteen een andere baan gezocht, eentje die daadwerkelijk betekenisvol was. En ik zou daarnaast vanaf toen al veel bewuster met mijn tijd en energie zijn omgegaan. Iets wat ik nu noodgedwongen – veel te laat – doe. Het is misschien een suggestie – geen les, ik wil geen moralist zijn – voor wie er gevoelig voor is, vooral wanneer je soms – of al veel te lang – tegen je eigen grenzen aanloopt. Focus op dat wat belangrijk voor jou is en maak daarbij de juiste keuzes.

Werkgever aan je sterfbed
Ik denk vaak aan die aardige, gepensioneerde man die ik af en toe tegen het lijf loop bij mijn fysiotherapeut. Hij vroeg zich een keer in gesprek met mij hardop af waarom hij in godsnaam al die jaren zoveel tijd aan zijn werk had besteed, intussen zijn vrouw, kinderen en vrienden tekort doen en verwaarlozend. “Er is niemand die op zijn sterfbed bezoek krijgt van zijn of haar voormalige werkgever”. Bij die laatste zin, die de man bloedserieus uitsprak, moest ik op dat moment lachen, omdat ik het meteen voor me zag. ‘Ding-dong!’ Een van je dierbaren doet de deur open en daar staat, in een van de laatste uren van je leven, je vroegere chef. Met een cadeaubon en een bos bloemen in zijn hand. Nee, om destijds even te kunnen lachen, had ik dit beeld nodig, maar vrijwel niemand – uitzonderingen daargelaten – heeft op dat moment – tijdens het uur u dus – behoefte aan zijn werkgever. Ieder kan zelf bedenken wie hij of zij wel aan zijn sterfbed zou willen zien. Ik zou zeggen, focus je op hen, investeer in hen en maak je niet druk om wat of wie er niet toe doen.
De zin van het leven 
Volgens de vroegere filosoof Friedrich Nietzsche – die overigens niet is overleden door waanzin, zoals aanvankelijk gedacht, maar, zo is later gebleken, aan de gevolgen van een hersentumor – heeft ‘het leven’ geen zin, tenzij je er zelf zin aan geeft. In feite ben je zelf de zin van jouw leven. Volgens Nietzsche moet ons leven een zekere grootsheid en intensiteit bezitten. We moeten het bestaan met een vrolijke ernst opvatten en proberen te ontsnappen aan de vele gedaanten van slaafsheid: angst, luiheid, vermoeidheid, traagheid, onmacht, lijden en rancune. “Alles wat mij niet doodt, maakt mij sterker”, is een andere uitspraak van de Cruijff onder de filosofen.
Die bulderende lach
Op de derde verjaardag van die verstekeling in mijn hoofd, moet ik aan deze uitspraak denken. Ik ben er na al die jaren nog steeds en misschien wel sterker dan ooit, hoewel de duisternis soms ook als een deken over me heen valt. Daar ben ik eerlijk over. Ik laat me echter leiden door het licht, waardoor ik beter zie waar ik me op moet richten. Dat ding in mijn hoofd, mijn hersentumor dus, weet dat het ook met hem gedaan is als ik het leven laat, dus ik er vertrouw er maar op dat we voorlopig samen verder gaan. Zo bezien hoop ik dan ook dat hij nog vele verjaardagen zal vieren. In de tussentijd pluk ik, voorzover mogelijk, de dagen. Ben ik dankbaar voor alles en iedereen die het leven, mijn leven, de moeite waard maken. Geniet ik van ‘de grootsheid’ die ik zelf creëer. En dat kan soms ook in gedachten. Door opeens weer heel even dichtbij mijn vader, moeder en mijn grote lieve kleine broertje te zijn, die ik voor mijn gevoel veel te vroeg heb moeten loslaten. Of door weer heel even die bulderende lach van die onvergetelijke Bob te horen. Carpe diem!
Copyright © 2024 Verzonkenhorizon.nl - Website ontwikkeld door Rood Fruit B.V.